|
|
Reis Marokko 2019 |
||
|
|
naar vorige dag |
naar volgende dag |
|
dag 8 - 29 april - El Khorbat > Ouarzazate > Aït Ben Haddou
|
|
|
|
|
| Mohamed maakt de auto klaar | en we gaan op weg maar Tinerhir | onderweg een wel iets te hoog beladen, wiebelende vrachtauto |
| Via
de nationale weg komen we in Tinerhir.
Deze
stad, omringd door groene velden, heeft zeven kloosters. In het landschap van hoge bergen van de Atlas liggen pittoreske dorpjes, zoals Ait Hani en Assoul Bij de ingang van Tinerhir rijden we langs het Afanour-kasteel met zijn voormalige Ikelane-moskee |
|
|
| de brug over de Oued Todra naar Tinerhir (Tinghir zoals ze het zelf noemen) met het kasteel Afanour |
|
|
|
|
| langs de buitenwijken | naar de oude binnenstad Kasbah Tinghir | met bijbehorende oase |
|
|
|
|
| Marijke wordt een berber-scarf aangesmeerd | ruïne van een kasbah bij Tinerhir | het Atlas gebergte achter Tinerhir |
De 15 kilometer lange Todra-kloof
heeft
loodrechte rotswanden van wel 300 meter hoogte in een roze, rode
of bruinige tint afhankelijk van het zonlicht. Het beste licht
is ’s ochtends als het zonlicht in de kloof schijnt. ’s
Middags is het er donker.
Als je de kloof inrijdt langs de rivier Oued Todra, die
zelfs ’s zomers nog aardig wat water kan hebben, komen de
wanden van de kloof al gauw heel dicht bij elkaar. De
kloof is ontstaan door een geologische breuk. Een stuk verderop verwijdt de kloof
zich weer en loopt de asfaltweg nog zeven kilometer verder door.
Aan het begin van de Todra-kloof staan veel stalletjes met allerhande ambachtelijke producten en
souvenirs.
|
|
|
|
| naar de Todra kloof | stalletjes aan het begin van de kloof | |
|
|
|
|
| de rivier Oued Todra | de kloof zelf viel ons tegen | terug naar Tinerhir |
|
|
|
|
| een stukje woestijn buiten de oase |
Kasbah Tinerhir |
aan de kant van de weg zagen we een Desert orange tip |
|
|
|
|
|
| in Tinerhir bezochten we een tapijthandelaar - hoeder van het nomaden erfgoed | traditionele dameskleding | versierde nomade- tentharing | bergzak van een nomadenvrouw |
|
|
|
|
|
| authentieke reiskisten | natuurlijk werd ook het gebruik en de patronen van diverse kleden uitgelegd | toen we buiten kwamen stond dit op straat, ook nomaden-erfgoed? | |
We reden verder naar Ouarzazate door de Dadès Vallei,
een prachtig dal tussen de Hoge Atlas in het noorden en de
Djebl Sarhro in het zuiden.
Vanwege de vele kasbah’s en ksars wordt
deze ook wel de ‘Vallei van de duizend kasbah’s’ genoemd.
Bij
het plaatsje Boumalne du Dadès passeerden we de Dadeskloof, een stuk groener en minder
toeristisch dan de Todra kloof. Helaas lukte het niet om onze
chauffeur duidelijk te maken dat we die graag wilden zien
Door het dal stroomt de Dadès rivier die zorgt voor
een oase van groen. Hier groeien onder andere dadels, noten en vijgen
die veel worden gebruikt in de Marokkaanse keuken.
|
|
|
| we rijden de Dades vallei in door de uitgangspoort Tinerhir, bespoten met graffiti leuzen | Boumalne du Dadès - stadje midden in een dadelpalmoase |
|
|
|
|
| rivier Oued Dadès | hier zien en horen we een nachtegaal | brug over de Dadès rivier |
|
|
|
|
| Kasbah-El Kelaa M Gouna in de Vallee des Roses | het versterkte dorp El Kelaa M Gouna | |
|
|
|
|
| rotsblokken net voorbij El Kelaa M Gouna | uit het Dadès dal door het atlas gebergte naar Ouarzazate | |
|
|
|
| Ouarzazate - Kasbah Taourirt | bijzondere patronen in het atlas gebergte onderweg naar Aït Ben Haddou |
We reden door Ouarzazate, ooit een
stopplaats voor Afrikaanse
handelaren die op weg waren naar de noordelijke steden van
Marokko en naar Europa. De naam Ouarzazate komt van een Berberse
uitdrukking die ‘zonder lawaai’ of ‘zonder drukte’
betekent.
Het ligt op een hoogte van 1160 m, op het kruispunt van de
Draa-vallei en de Dade.
In 1928 werd deze voormalige garnizoensstad van het Franse
vreemdelingenlegioen door de Fransen gesticht, vanwege de
strategische ligging. Zo wilden zij de opstandige Amazigh
(Berber)volken in de gaten houden.
De Glaoui-stam bouwde hier de Taourirt-kasba vanuit strategisch
en commercieel oogpunt.
|
|
|
|
| de superksar Aït Ben Haddou | via balken en zandzakken staken we de Oued Ounila over | en dan door de poort naar de ksar |
De
ksar Aït
Ben Haddou
ligt aan een zijweg van de weg naar Marrakech.
Deze superksar is de meest beroemde van Marokko omdat
hij vaak als achtergrond fungeerde in Hollywoodfilms als Jewel
of the Nile, Gladiator en Lawrence of Arabia.
Hoe oud hij precies is,
is moeilijk te achterhalen, maar waarschijnlijk was het in de
11e eeuw een karavaanserai van de Almoraviden. Sinds de 16e eeuw
is de ksar ontstaan, omdat karavanen met goud, zout en slaven
deze plaats passeerden op de route van
Marrakech en Ouarzazate
naar het zuiden en vice versa. De Fransen legden rond 1930 een
nieuwe weg aan over de Tizi n T’ichka waardoor veel inwoners
naar elders vertrokken.
De ksar is door de UNESCO verklaard tot
nationaal erfgoed en ook de regering draagt sinds 1994 bij aan de restauratie.
Er
woont nog een zestal families, ook zijn er kleine winkeltjes met Amazigh (Berber)sieraden,
tapijten en schilderijen.
De kasba’s zijn goed behouden gebleven en mooi versierd met
abstracte Amazigh (Berber)motieven.
|
|
|
|
| de binnenplaats | een oude lemen oven | een gedeelte van de ksar moet nog worden gerestaureerd |
|
|
|
|
|
| In de ksar werkt een jonge schilder, Mohamed Outti, die Pyro aquarellen maakt. Hij gebruikt natuurlijke verfstoffen, Groene thee voor zwart, Saffraan voor geel, Indigo voor blauw en een mengsel van Indigo en Saffraan voor groen. De aquarel is eerst nauwelijks te zien maar als hij de het papier boven een brander verhit komen de kleuren tevoorschijn > Pyro aquarel dus | |||
|
|
|
|
| de ksar gezien vanuit het dorp | Bovenop de heuvel staat een ruïne van een agadir (graanopslagplaats) | ons eigen appartementje in Aït Ben Haddou |
|
|
naar vorige dag |
naar volgende dag |