|
Onze eerste dag in Ubud begon sportief met een rit op
mountainbikes door de plaatsjes en rijstvelden in de omgeving
van Ubud. Na het ontbijt werden we met een
minibusje opgehaald en naar het verzamelpunt aan de voet van de Batur Vulkaan
gebracht. Daar bleek de hele vulkaan is de mist te zijn
verdwenen, dus werd een alternatieve route gereden en gingen
we naar een ander startpunt waar ons de mountainbikes, helmen
en halve handschoenen werden aangemeten. Samen met twee professionele fietsgidsen
en nog 6 andere fietsliefhebbers, gingen we op weg. We stopten
bij een koffieplantage, maar omdat de andere 6 hier al waren
geweest, reden we weer verder. Tweede stop was bij een
Hindoe-tempel waar we de buitenkant mochten fotograferen maar
niet naar binnen mochten. Weer verder fietsen dus over smalle,
vaak slechte wegen waarbij we aan elkaar doorgaven als er een
kuil, een auto of een bromfiets gevaar kon opleveren.
De gidsen zouden ook de geschiedenis van het land, de
cultuur en de gewoonten van de mensen uitleggen,
maar daar kwam weinig van terecht.
We hadden na driekwart van de fietstocht een
aardig blikgat en de versnellingen van de bikes kregen we ook
niet echt onder controle, waarna we besloten om verder met het
minibusje naar het eind van de route te gaan waar we weer
gezamenlijk de lunch gebruikten.
's Middags reden we met de hotelshuttle naar het centrum van
Ubud waar we het paleis bezochten, over de markt liepen en
door kleine straatjes dwaalden die wel mooi waren, met
prachtige huizen met privé tempels, maar vrijwel allemaal
doodliepen op een hotelingang waarna we steeds dezelfde route
terug moesten.
Na twee uur namen we een taxi die ons terugbracht naar het
hotel.
|
|
|